VVAZ
Intermedis

Klik hier voor
onze diensten

Intermedis A & A

InShared vraagt niet naar kentekenhouder en mag daarom schade niet verhalen

Geplaatst op: 22-05-2019, 13:53:15

InShared had een klant bij het aangaan van de verzekering moeten waarschuwen dat alleen auto’s verzekerd worden waarbij de verzekerde of de partner met wie hij samenwoont de kentekenhouder is. Omdat de Achmea-dochter dit naliet, mag de verzekeraar de aan de tegenpartij uitgekeerde schade niet op hem verhalen. Dat oordeelt de Geschillencommissie van Kifid.

De consument in deze zaak leent van een vriend diens Audi A4 en sluit hiervoor online bij InShared een verzekering af. Hem wordt onder andere gevraagd naar het kenteken en wie het meest in de auto rijdt. De verzekeraar vraagt echter niet wie de kentekenhouder is. In de voorwaarden, waarmee de man akkoord gaat, staat dat het kenteken van de verzekerde auto op naam van de verzekerde moet staan of van zijn partner met wie hij samenwoont.

Aanrijding

Vijf dagen na het sluiten van de verzekering veroorzaakt de man een aanrijding. De tegenpartij stelt InShared aansprakelijk voor materiële en personenschade. Bij de behandeling van de claim komt InShared erachter dat de consument geen kentekenhouder is van de auto. De verzekeraar laat hem weten de schade aan de tegenpartij te vergoeden, maar die op hem te verhalen.

Vooraf inlichten

De man dient hiertegen een bezwaar in en als dat afgewezen wordt stapt hij naar het Kifid. Hij zegt er geen weet van te hebben gehad dat hij kentekenhouder van de verzekerde auto moest zijn. De man vindt dat InShared hem vooraf had moeten inlichten dat de Audi niet verzekerd kon worden.

De verzekeraar meent dat uit de gestelde acceptatievragen duidelijk blijkt dat het om de eigen auto van  de verzekeringnemer moet gaan. De vragen spreken immers van “uw auto” en “mijn auto”. Bovendien staat in de voorwaarden duidelijk dat de auto van een vriend niet verzekerd kan worden, aldus InShared.

Primaire dekkingsbepaling

De Geschillencommissie van Kifid constateert dat onder bepaalde omstandigheden een beroep op een primaire dekkingsbepaling – zoals die waar het in deze zaak om draait – naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid onaanvaardbaar kan zijn. “Dit is bijvoorbeeld het geval wanneer de consument onvoldoende is gewaarschuwd voor de werking van een verstrekkende ‘primaire dekkingsbepaling’. Van Verzekeraar mag worden verwacht dat hij voldoende zorgvuldigheid betracht om situaties te voorkomen waarin verzekerden, op het moment dat zij een beroep doen op hun verzekering, verrast worden door een ‘primaire dekkingsbepaling’ die aan dat beroep in de weg staat.”

Verrast

Dat is hier aan de orde, oordeelt de Geschillencommissie. InShared heeft de aanvraag geaccepteerd zonder expliciet te vragen of de man kentekenhouder is. De consument werd daardoor verrast dat de schade die hij had veroorzaakt niet gedekt was. “Het had naar het oordeel van de Commissie in de lijn gelegen van Verzekeraar dat hij, bij een dusdanig bepalende ‘primaire dekkingsbepaling’, de aanvrager in het acceptatieproces had gewaarschuwd dat alleen auto’s verzekerd worden waarbij Consument, dan wel partner met wie hij samenwoont, kentekenhouder is”, aldus de uitspraak.

Extra vraag bij acceptatie

Bij het nalaten van deze waarschuwing zijn de gevolgen hiervan voor risico van de verzekeraar, vervolgt de Geschillencommissie. Dat de consument kennis heeft kunnen nemen van de voorwaarden, pleit InShared niet vrij. De verzekeraar had naar deze specifieke situatie, die hij kennelijk van belang vindt, moeten vragen. “Verzekeraar kan een dergelijk misverstand makkelijk voorkomen door in het aanvraagformulier te vragen of Consument kentekenhouder is van de auto”, aldus Kifid.

Het advies is niet-bindend. Tegen de uitspraak is geen hoger beroep mogelijk bij Kifid. Partijen kunnen de zaak nog wel aan de rechter voorleggen.

Bron: bijdrage van Paul de Kuyper van 21 mei 2019 op www.amweb.nl                                        

Vorige pagina